Een verleidelijke Malagassische schoonheid geeft zich over aan zelfgenoegzaamheid, waarbij haar vingers haar vochtige plooien verkennen. Terwijl ze haar hoogtepunt bereikt, stort haar hete nectar zich in een waterval, een bewijs van haar onuitblusbare verlangen. Deze Afrikaanse tovenaar herdefinieert de kunst van zelfbevrediging.